Is er toekomst?
Er zijn in België en Nederland samen amper meer dan vijftig stokerijen. De Jenevermarkt is al vele jaren aan het krimpen. De enige stokerijen die overleven zijn heel grote industriële stokerijen die heel goedkoop kunnen produceren. Wat wil een kleine stokerij dan nog? Dat is de gedachtegang van de meeste mensen. Maar de werkelijkheid is anders.
Er zijn mogelijkheden om een rendabele exploitatie mogelijk te maken. Hierbij speelt productontwikkeling een belangrijke rol. Er zijn veelbelovende experimenten doorgevoerd met Haspengouws fruit en natuurlijk is er de gin-hype waarvan een graantje meegepikt kan worden.
|
De Haspengouw heeft de mogelijkheid om een belangrijke producent van 'eau-de-vie' te worden
We hebben fantastische appels, peren en krieken om te distilleren. En wat doen we er mee? We vernietigen ze omdat we ze als fruit niet verkocht krijgen. Waarom doen we er niks mee? Het fruit hebben we. De kennis is er. Waar wachten we op?
Kijk eens over de grens
Wanneer we Duitsland nemen zien we dat er ongeveer 31.200 stokerijen zijn. Ongeveer 2,5% hiervan produceert 95% van het volume, en ruim 30.000 stokerijen produceren slechts 5% van het volume. De leefbaarheid van kleine ambachtelijke stokerijen, die al dan niet in bijberoep gebeuren of als een nevenactiviteit van een wijnbouwer of fruitteler.
|
Waar zijn onze kleine stokerijen gebleven?
Door de industrialisering werd de goedkope alcohol die met kolommen uit melasse werd gestookt massaal door verpauperde arbeiders gedronken. Alcoholisme was een groop probleem. De betere stand dronk Cognac e.d. maar geen binnenlands gedistilleerd.
In 1919 werd de wet Vandevelde goedgekeurd die de verkoop van sterke drank in cafés verbood en voor de verkoop in winkels een minimum van twee liter oplegde. De alcoholconsumptie daalde maar de kleine stokerijen verdwenen.
In de tweede wereldoorlog werd ook nog eens alle koper door de bezetter aangeslagen. Het zijn maar enkele stookinstallaties die dit hebben overleefd.
|